dinsdag 26 februari 2013

Historische sensatie



Veel mensen denken dat maritieme geschiedenis over schepen en havens gaat. Ik dus niet. Ik vind dat maritieme geschiedenis vooral de geschiedenis van mensen is. Dat blijkt uit de talloze persoonlijke voorwerpen die in de collectie van het Maritiem Museum Rotterdam worden bewaard. Sinds enige tijd mag ik die voorwerpen beheren en voorstellen voor nieuwe aanwinsten doen. Tussen al die brieven, monsterboekjes en diploma's zitten vaak verrassende pareltjes van historische schoonheid. Onlangs verwierven we een kleine collectie persoonlijke voorwerpen van Batte de Roos, in leven stuurman en later gezagvoerder op koopvaardijschepen. De schenker vond ze bij toeval in een Rotterdams huis, dus is de herkomst verder niet bekend. Een van die documenten is een briefje van de gezagvoerder van het stoomschip 'Gamma'. Die verklaart dat eerste stuurman De Roos zich aan boord bevond toen het schip op 1 februari 1917 door een Duitse onderzeeboot werd getorpedeerd tijdens de Eerste Wereldoorlog. Daarbij verloor hij zijn paspoort en andere persoonlijke bezittingen. 'Wat doet zo'n ingrijpende gebeurtenis met een mens?', vraag je je dan af. Ik zag direct voor mij hoe de zeeman na de explosie  in het water lag terwijl hij zichzelf probeerde te redden. Dat hij nog net op tijd door zijn maten in een sloep werd gehesen. Of dat hij al zwemmend met zijn laatste krachten de kust bereikte. We weten uit de literatuur over deze scheepsramp dat gelukkig niemand van de opvarenden omkwam. Wat er ook daadwerkelijk gebeurd is, feit is dat dit soort 'petites histoires' er voor zorgt dat geschiedenis nooit saai is. Een klein voorwerp kan zomaar de spreekbuis van een heel verhaal worden. En die verhalen vertellen we graag in het Maritiem Museum Rotterdam.

woensdag 6 februari 2013

Titanic jaar voorbij? … welnee!



'Herinnert u zich deze nog …?' Die Veronica jingle, die vroeger met enige nagalm uit de radio schalde, schoot mij te binnen toen ik onlangs kort na elkaar drie boekjes over de 'Titanic' voor onze bibliotheekcollectie wist te verwerven. De 'Titanic', zult u misschien denken, was daar vorig jaar niet iets mee? Inderdaad! Vorig jaar werd overal ter wereld herdacht dat dit luxe passagiersschip honderd jaar daarvoor verging tijdens zijn eerste reis. In de nacht van 14 op 15 april 1912 voer het tegen een ijsberg en binnen een paar uur ging het ten onder. En daarbij nam het zo'n 1500 mensenlevens met zich mee. Het Maritiem Museum speelde in op deze herdenkingsgolf en organiseerde de kleine, maar smaakvolle tentoonstelling 'Nederlanders op de Titanic', waarin de levens en lotgevallen van directeur George Reuchlin, kok Hennie Bolhuis en stoker Wessel van der Brugge voor het voetlicht werden gebracht. Net als het schip had ook deze tentoonstelling een aanzuigende werking en konden we onze collectie met een paar bijzondere boekjes uitbreiden. 'De ondergang van de "Titanic"' van redacteur E.C.J. Kuyper van het Algemeen Handelsblad verscheen in mei 1912, een maand na de fatale gebeurtenissen, en geldt daarmee als een van de vroegste Nederlandstalige publicaties over de ramp. Op het omslag van 'Het vergaan van de "Titanic"',  door H.H.D. Langereis staat vermeld dat het een 'origineel geillustreerde Amerikaansche uitgave' is. Waarschijnlijk is het boekje geschreven voor de Nederlandse emigranten in de Verenigde Staten, aangezien onder de auteursnaam  'Grand Rapids, Mich.' staat. In kerkbladen klonk de scheepsramp, die de hele wereld schokte, maar beperkt door. 'De "Titanic" en de Ark' is een van de weinige preken over de 'Titanic' die in druk verscheen. Op de zondag na de ramp sprak Ds. G. Wisse in de Burgwalkerk in Kampen een leerrede uit waarin hij de ramp in Bijbels perspectief plaatste en vergeleek met de zondvloed. De drie bijzondere boekjes vormen welkome aanvullingen op onze collectie. Maar eerst worden ze vakkundig gerestaureerd. Niet omdat ze waterschade hebben geleden, maar vanwege de tand des tijds.